top of page
  • Foto van schrijverPAD landscape

Natuurinclusief over de grens - lessen uit het verre Oosten

De stad in een tuin (deel 1)

Afgelopen maand was ik een mid-weekje in Singapore. Hoewel het het kleinste land in Zuidoost-Azie is, staat het op plek 3 in de lijst met dichtstbevolkte landen ter wereld. Singapore had in 2017 een dichtheid heeft van 8.224,8/km² maar wordt tegelijkertijd gezien als de stad met de meeste biodiversiteit op aarde! Door bij het ontwerpen aan de stad rekening te houden met planten en dieren is het ze gelukt een thuis te geven aan meer dan 390 soorten vogels en 2.100 inheemse planten midden in het stedelijk gebied. Dit is precies waar natuurinclusief ontwerpen over gaat, tijd dus om een kijkje over de grens te nemen.



Leefbaarheid vs Economie

Als je nagaat dat Singapore pas in 1965 onafhankelijk is geworden, is het bijzonder dat het in 50 jaar is uitgegroeid van een ongezonde stad met sloppenwijken en veel armoede naar een schone, innovatieve stad waar meer dan 90% van de bevolking eigenaar is van hun eigen woning. De mindset in Singapore als het gaat om stedenbouw is veel meer een symbiose tussen stad en land. Volgens hun visie voegen ze geen groen toe, maar bouwen hun stad in een tuin (the city is a garden). De economische groei in Singapore hebben ze hand in hand laten gaan met het vergroenen van de stad. Volgens het Center for Livable Cities bestond de stad in 1980 al voor 36% uit groen, tegenwoordig beslaat het groene oppervlak 47% (dan hebben we het nog niet eens over het verticale groen). En dat terwijl de bevolking tegelijkertijd meegroeide van zo’n 2,6 miljoen inwoners naar 5,3 miljoen inwoners. De redenatie is hoe meer inwoners; hoe meer groen er nodig is. Dus is het streven om in 2030 per 1.000 inwoners 0,8 ha groene ruimte te creëren terwijl er tegelijkertijd minder ruimte overblijft door ontwikkeling. Hoe dan?! Singapore is een prachtig voorbeeld van verdichting waarbij innovatief ontwerp de illusie van ruimte kan creëren door een sterk, samenhangend groen en blauw netwerk. Er wordt niet gedacht in kleine, losse punten maar het landschap vormt één systeem met de bebouwing erin gesitueerd. Meer dan 300 parken en 4 grote natuurgebieden worden gelinkt waardoor er een enorm netwerk ontstaat voor sport, recreatie en biodiversiteit wat tegelijkertijd helpt bij mitigatie en hittestress tegengaat. Waterberging en -zuivering is ook een zeer belangrijk thema aangezien ze voor hun drinkwater toevoer nog steeds afhankelijk zijn van Maleisië. Nieuwe fietsroutes hebben er zelfs voor gezorgd dat er een fietscultuur is ontkiemt, wat ook weer bijdraagt aan de gezondheid maar ook uitstoot tegengaat. Het lijkt de ideale stad waar er altijd goede faciliteiten in de buurt zijn en je sociale controle hebt terwijl je dichtbij het groen woont. Ook lekker inclusief dat iedereen daar toegang tot heeft!

Leefbaarheid is een belangrijke drive achter het zo groen mogelijk willen maken en houden van de stad. Het grote verschil met onze manier van ontwikkelen is dat vanuit de overheid de primaire focus ligt op het welzijn van de mensen in plaats van economische drijfveren. Parken en recreatieve mogelijkheden krijgen voorrang. Punt. Daar valt een hoop voor te zeggen, aangezien gezonde, gelukkige mensen veel beter functioneren en dus ook meer bijdragen aan de economie. Niet zo heel gek ook, want toen ik om 6 uur ‘s ochtends aankwam was het al 30 graden – een tropenrooster aanhouden heeft dan niet zo veel zin meer. Je verdient er dus als stad uiteindelijk aan, maar je draait de volgorde van belang om. Het investeren in groen in de stad levert op den duur ook meer onderzoek, technologieontwikkeling, banen en economische kansen. Zo is Gardens by the Bay een enorme toeristische trekpleister.



Wetgeving

Ik denk dat wetgeving één van de belangrijkste lessen is die wij hieruit kunnen leren. Wetgeving en beleid zorgt ervoor dat het geen incidenten blijven, maar een standaard wordt. Singapore is het enige land waar regels voor groen bouwen in de wetgeving zijn opgenomen; elke vorm van nieuwbouw is verplicht om het groen wat verloren gaat niet alleen te compenseren maar ook terug te brengen. Sinds 2008 is het voor nieuwe ontwikkelingen verplicht om beplanting toe te voegen aan gebouwen. Denk hierbij aan groene daken maar ook hangend en klimmend groen. Op deze manier vormt de bebouwing geen onderbreking van een habitat maar maakt het er actief deel van uit door te voorzien in de belangrijkste elementen voor natuurinclusiviteit; voedsel, verblijf, verplaatsing, veiligheid en voortplanting (de 5 v’s).

De green Mark Scheme van the Building and Construction Authority hebben in 2005 een puntentellingsysteem geïntroduceerd om gebouwen te evalueren op basis van hun volledige impact en invloed op het milieu. Er zijn meer dan 1.180 Green Mark buildings en er ontstaat zo een wedloop van wie het groenst kan bouwen, waarbij alle architecten de felbegeerde platinum status willen halen. Alle gebouwen binnen de Marina Bay District hebben deze platinum status, waardoor het deel uit is gaan maken van het visitekaartje van de stad. Groen bouwen wordt zo vanzelfsprekend gevonden dat het bijna vanzelf gaat en blijft toenemen. Geen groen, geen opdracht. Het ultieme doel is dat in 2030 80% van alle gebouwen een Green Mark heeft. Ons beleid moet ook veranderen en natuurinclusiviteit niet zien als iets waar punten mee behaald kunnen worden, maar een harde eis. Het plan moet door ecologen ondersteund worden zodat het niet langer een parade paardje met loze termen is en ontwerpers niet kunnen roepen dat een Gleditsia de vleermuis gaat redden. Ik kan niet wachten tot de ambitie uit Singapore overwaait. In de tussentijd ontwerpen wij door aan een Natuurinclusief Nederland en hopen we dat door bewustwording te creëren we mensen inspireren en we onze eigen wedloop krijgen.



meer lezen: https://www.bca.gov.sg/greenmark/green_mark_buildings.html

50 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Troostplant

bottom of page